Als 1e groep de molenaars en alle mensen die er werken. Als 2e groep alle bezoekers die de molen binnenkomen en er rondkijken. Bij de molenaars en de mensen die er werken bestaat het gevaar van bedrijfsblindheid en gewenning waardoor sommige gevaarlijke situaties niet meer worden onderkend. De groep bezoekers is onwetend over de gevaren en moet dus tegen zichzelf beschermd worden, dus bij grote groepen de molen stilzetten. Goede afscheidingen voor het draaiende gevlucht en de toegang naar de kap afsluiten of de trap weghalen.
Nauwsluitende overall of beschermende kleding aantrekken, veiligheidsschoenen, geen losse touwtjes, koordjes o.i.d. of slingerende dassen. Lang haar weggestopt of in een net etc. zorgt ervoor dat je niet gegrepen kan worden door draaiende onderdelen.
Nadeel 1 is dat het een hoop lawaai oplevert en dat het luitouw of de luiketting met grote precisie moet worden teruggeleid door de opening van de luiken. Nadeel 2 is dat het niet mogelijk is om direct van de maalzolder de volle zakken af te schieten. De luiken moeten dan open blijven staan. Als het even kan niet luien met bezoekers erbij, maar als het toch moet als demonstratie dan het bezoek ver weg houden van de luiopeningen. En nooit - NOOIT! - tijdens het luien onder de luiopening gaan staan.
Pak een flinke hamer (een vuistje of een handmokertje is prima) en geef een forse klap op elke tree, terwijl je naar boven loopt. Wees hiermee niet te benauwd want het gaat om jouw veiligheid en die van anderen. En denk eraan: een gebroken traptrede is sneller vervangen dan dat jouw gebroken been weer beter is.
De stelling met netten of hekken afscheiden, zodat er geen doorgang meer is naar het gevlucht. Ook de stellingdeur aan de gevluchtzijde goed sluiten en zonodig vergrendelen. Houd de netten en/of hekken zo dicht mogelijk bij de staart i.v.m. toezicht op bezoekers. Bij een grondzeiler het gevlucht zo goed mogelijk afschermen, alle toegangshekken gesloten houden en eventueel extra netten/kettingen etc. plaatsen. Zorg voor overzicht vanaf de staart. Beltmolens zijn een tussenvorm tussen stellingmolen en grondzeiler. Dus ook hier weer veel netten om te beveiligen en altijd de deur aan de kant van het gevlucht ferm gesloten houden. Zonodig tussentijds controleren bij veel bezoek.
De veiligheidsschoen met doorlopende zool is vragen om moeilijkheden en vallen. De klomp, mits met een ingezaagde hak, is al beter, maar hout op hout kan snel glijden. De veiligheidsschoen met hak is een goede keus. Het beste is toch op je sokken. Je voelt waar je loopt en door je lichaamswarmte blijft de sok stroef.
Is de bekleding van de kabel nog goed, zitten er geen grote rafels aan de aansluitingen, is de klemkoppeling goed gangbaar (beetje vet erop zo nu en dan), zitten er koperen aansluitbeugels op de roeden, zijn de roeden goed doorverbonden ook met de askop, is de ringleiding nergens onderbroken en is er verbinding met de aardpennen etc.
Allereerst moet je met twee zijn. Eén trekt de valbeveiliging aan met de ander als buddy. De buddy gaat naar boven in de kap en maakt daar de beveiligingslijn vast waarna jij deze lijn vasthaakt aan je harnas en met het zeil naar boven kunt. Doe deze klus alleen met windstil weer of weinig wind.
Degene die het zeil voorlegt licht ook de vang voor het volgende end - en NIEMAND ANDERS .
Op de scheiding van lucht en grond treedt de eerste rotting op.
Controleer de bordveer op slechte plekken, schroefgaten zijn berucht, en kijk ook altijd of de klampen, voorzomer en bordschroot goed vast zitten. NB: de bordveer is meestal van essenhout en dit is een houtsoort die buiten snel in kwaliteit achteruit gaat. (snel rot dus)
Waar de munnik van het kruirad door de staartbalk steekt is deze doorboord en zwakker. Hier kan de staartbalk dus breken.
Blok onder de staartbalk plaatsen waardoor hij steunt op de grond.
Bij het losraken van het spaakkettinkje komt de molen los te staan en zou hij spontaan kunnen gaan kruien.