Les 33
(2017)

Diegene die het zeil voorlegt bedient ook de vang. Hierdoor wordt voorkomen dat de molen onverwachts gaat draaien.

De molenaar zal aan het kruien zijn. Dan komen er namelijk hele grote krachten vrij op de molen, de staart, de kap etc.

Het is van het allergrootste belang dat de molen op de vang en aan de ketting ligt voor je wat voor werk dan ook aan de vang gaat doen.

Je mag zeilen voorleggen (dus niet voordragen) zonder valbescherming. stabiele werkhouding

De stabiele werkhouding houdt in dat je je met één been rond een heklat stabiliseert: je been door het gevlucht steken en de wreef van je voet achter een heklat. Tegenwoordig werken we aanvullend met valbescherming. Ook bij een calamiteit op een molen waar geen valbescherming aanwezig is of het te veel tijd kost om deze aan te brengen kan het levens redden deze houding te kennen. Bijvoorbeeld bij een loszittend windbord op een stellingmolen. En ook met valbescherming is de stabiele werkhouding altijd de manier om beide handen vrij te hebben en toch stabiel te staan.

Potentiaalvereffening voorziet in onderlinge verbinding van de aardingsinstallaties, zoals de bliksem-aarde en de elektrische aarde. Hierdoor wordt de ontladingsstroom niet alleen verdeeld maar wordt ook spanningsgelijkheid van deze delen bereikt en wordt overslag ten gevolge van blikseminslagspanning tegengegaan.

In het zuiden van Nederland. Door de zanderige bodem kan een aardingsweerstand van 2,5 Ohm alleen tegen hoge kosten worden gerealiseerd.

Hou dan een brandronde: loop door de hele molen en controleer op smeulen of beginnende brand. Herhaal dat altijd nog eens na een uur.

De molenaar moet er op wijzen dat bezoekers met het gezicht naar de trap moeten klimmen en dalen. Het aanbrengen van lage leuningen (ongeveer 5-10 cm boven de trap) is een uitstekende manier om dat “ongemerkt” af te dwingen. Bordjes ophangen helpt ook, bij voorkeur met pictogrammen.

In artikel 98a van het V.B.F. (uit 1938) wordt aangegeven dat molenwieken, voor zover zij gevaar opleveren, doelmatig moeten worden afgeschermd. Hekjes zetten dus!

Als je alleen op de molen bent zet je de molen stil. Je kunt onmogelijk 30-40 mensen in de gaten houden, met ze spreken en tegelijk de molen bedienen en in de gaten houden.

In het boek staat “uit het werk zetten” omdat je anders je aandacht tussen instrument en bezoekers moet verdelen.

De vangstukken van een Vlaamse vang heten, vanaf rechtsonder in het rond: buikstuk, teenstuk, schouderstuk, kopstuk en sabelstuk.

Een molen met een vlakke zeeg heeft meestal een smal gevlucht. Dergelijke molens draaien vrij snel en hebben relatief weinig kracht. Oliemolens doen het prima met een vlakke zeeg.

Hulpschoren worden vaak kraaienpoten genoemd. Bij deze hulpschoren is een buitensluiting noodzakelijk.

🔝