Les 41
(2018)

Er is geen verschil, alleen hebben de horizontale assen de naam as en de verticale assen de naam spil.

Overal waar de houten as draait op een lager zitten er schenen in die slijtage voorkomen. Een spil draait tussen de tap en de taats en heeft dus geen schenen nodig. Houten bovenassen en houten vijzels zijn met schenen gelagerd, koningspillen en steenspillen draaien tussen taatsen en tappen.

Kluften zijn schuine blokken die aan de voorkant van de roede op de hekstokken zijn vastgemaakt. Er is een verloop zichtbaar van sterk naar voren stekend tot vrij vlak. Hierop worden de windborden vastgezet op het oudhollands gevlucht met als gevolg een betere stroomlijn van het gevlucht.

De middenzomer (meestal 2) is een lat die de hekstokken in het midden met elkaar verbindt. Hij ligt erachter om een gladdere zeilvoering te krijgen.

Een molenzeil dient om wind te vangen waardoor voorwaartse druk op het wiekenkruis wordt uitgeoefend teneinde dit te laten draaien.

Bij een zeil voordragen wordt het zeil opnieuw aan de roede bevestigd en bij het voorleggen wordt het zeil uitgerold om wind te vangen.

Een zeilarm wordt bevestigd aan de buitenroede en dient voor het vastmaken van de langehals van het molenzeil op de binnenroede. Op de binnenroede zit alleen een oog waaraan het zeil van de buitenroede wordt vastgemaakt.

Zelfzwichting, Bilau, van Riet, ten Have, oud Hollands

Busselneuzen, Dekker, Fokken

Ten Have heeft twee kleppen per roede met een frame eromheen; van Riet heeft één klep per roede zonder frame eromheen.

Vanwege de windgevoeligheid. De roede met de kleppen wordt horizontaal weggezet. Vangt dan geen wind van opzij meer.

Zeilslag, roede volledig ingepakt waardoor onderhoud moeilijker wordt, molen is vaak wat “hollerig”.

De kneppel zit vlak bij de plek waar de klink van de vangbalk zit en wordt gebruikt om extra druk op de vangbalk uit te oefenen.

Hoewel een zeer goed systeem was het te duur en te zwaar waardoor schade aan bovenas kon optreden.

Bij het neutenkruiwerk en het voeghoutenkruiwerk

Geen takjes en ongerechtigheden op de kruiring, steek en beet van bovenwiel en bonkelaar, voldoende vet op hals en penlager.

Roedketting en bliksembeveiliging lossen, vang lossen en heel voorzichtig beginnen te kruien. Het gevlucht zal langzaam draaien, want zet zich af op de koningspil en vastzittende vijzel. Doorkruien tot er een roede beneden staat en vastgezet kan worden.

Er kan vuil, waterplanten en/of drijvend hout en takken voor het kroosrek komen en dit moet worden verwijderd.

Inspecteren op rotting op de grens grond-lucht, controleren of de kruipalen nog wel vaststaan.

🔝