Een tonmolen heeft een soort vaste vijzel binnenin en het geheel draait rond. Daardoor mag een tonmolen niet te lang worden omdat dan het gewicht te groot wordt. Een vijzel kan veel groter uitgevoerd worden vanwege de vijzelbak die niet meedraait. Verder drijft de tjasker de tonmolen direct aan (molentje heeft een bovenas die doorloopt als vijzelbalk).
Vijzelbalk, vijzelwiel, hals met halslager, onderwaterkalf, waterlager, duigen, spijkerband, slagijzer, onderkroon met tap.
Een houten vijzel zal de neiging hebben om te gaan doorhangen. Zo af en toe zul je de vijzel een halve slag moeten draaien om te voorkomen dat dit gebeurt.
Dit is een bonkelaar voor zwaar en licht werk. De binnenste rij kammen is voor licht werk (minder kammen dus ook minder omwentelingen van de vijzel) en de buitenste rij kammen is voor zwaar werk. Door de koningspil meer of minder uit te draaien wordt het zware of lichte werk ingesteld.
Als er gemalen moet worden en er is eigenlijk wat weinig wind zal de molenaar het lichte werk inschakelen. Er kan dan toch gemalen worden.
Een hangende wachtdeur sluit automatisch als de waterstroom stopt. Een nadeel kan zijn dat de wachtdeur niet sluit omdat er troep tussen zit en dit is niet altijd te zien omdat de wachtdeur vaak onder vlonders zit.
Tijdens het malen zal het waterpeil vlak bij de molen lager staan dan aan de andere kant. De molenaar maalt a.h.w. een kuil. Hij zal dus stoppen met malen als hij op een bepaald peil is aangeland en dit is meestal wat lager dan het voorgeschreven peil. Uit ervaring weet hij tot hoever hij door moet gaan om het gewenste peil te bereiken.
De stalen vijzel zal niet of veel minder doorhangen dan een houten.
Een kroosrek is een rek met smalle balkjes dat er voor dient dat er geen drijvend vuil en bijv. grondijs in de vijzel kan komen.
Het vulpunt van de vijzel ligt bovenaan de denkbeeldige lijn van de aanzet van de gangen en dan het meest ideale net even beneden polderpeil.
Ze worden in een groef vastgezet met spijkers.
Bij een driegangs vijzel is de capaciteit groter.
Met een onderwatertaatslager die ofwel watergesmeerd is of met een stauferpot kan worden gesmeerd. Dit lager zit in het onderwaterkalf vast.
Met een halslager waarbij een deel van de vijzelbalk draait in een hardstenen lager of met een boventap die in een hiervoor apart aangebracht spilkalf draait.
Tijdens een volledige zonsverduistering is gedurende een heel kort moment een krans van licht zichtbaar rond de maan die dan precies voor de zon staat. Hooguit 5 minuten en dan is het weer jaren wachten. Dit wordt corona genoemd.