Hoewel er op veel plaatsen in de wereld windmolens waren of nog zijn die niet kunnen kruien zijn er geen aanwijzingen dat deze ook in Nederland voorkwamen.
Rollenkruiwerken en schuif- of sleepkruiwerken.
Dat is een rollenkruiwerk (zie pagina 93). Een bij een rollenkruiwerk belangrijk gangbaar onderdeel ontbreekt bij de paltrok.
Voor het grootste deel echter wordt de kast gedragen door de steenbalk, al of niet versterkt met een brasem, die op de top van de standerd rust.
Dat is het fenomeen dat de kap van de molenromp afschuift. Als dat niet gestopt zou worden zou de kap er zelfs af kunnen vallen.
Om het overkruien te voorkomen zijn er onder de voeghouten stevige keerklampen bevestigd die langs de binnenzijde van de kruiring schuiven.
Bij "De Wachter" zijn de keerklampen voorzien van gelagerde wieltjes die langs de kruiring "rijden".
Het "in de nesten" zitten wil zeggen dat de voeghouten door lange stilstand wat wegzinken in de kruiring (glijring). Dit komt ook voor bij neutenkruiwerken waar de neut zich in de overring kan zetten. Het kost moeite ze er weer uit te trekken.
Ze zijn relatief klein en kort en ze hoeven dus niet beslist conisch te zijn, al komt dit wel voor.
Bij zo'n molen is het meestal een neutenkruiwerk, een Engels kruiwerk of een voeghouten kruiwerk.
Daarvoor bevindt zich in de kruivloer een uitneembaar deel, de rollensluis.
Als die de enige rol is die is gebroken dan kun je hem stukslaan zodat hij het kruien niet belemmert en dan mag dat.
De houtsoort die dat nog het beste verdraagt is iepenhout.
De kruivloer en de overring lopen naar buiten toe schuin af, zodat de rollen over de volle lengte dragen.
Om de wrijving tussen de overring en de binnenzijde van de kuip te verkleinen zijn er in de kuip op regelmatige afstanden verticaal staande hardhouten neuten, kuipneuten, met zwaluwstaartverbindingen aangebracht.
Twee keer de afstand tussen de kapotte rol en de rollensluis. In dit geval dus twee keer een halve cirkel - dus een hele cirkel. Helemaal rond, het is niet anders..
Vrijwel zeker een Hollandse binnenkruier. De hebben grote kappen omdat het kruiwerk er - vandaar de naam - binnen in zit.