Les 13
(2021)

Paltrokken zijn onderkruiers. Ze draaien net als een standaardmolen op een centraal punt, de koning. Via een kruiring met rollen draait het hele gebouw rond en kan op de wind worden gezet.

De paltrokmolen is een zaagmachine en kon dat voor die tijd in een enorm tempo. Twee, soms drie bomen tegelijk en dan direct in planken of in twee keer een stel balken. Andere toepassingen zijn er nooit geweest.

Om een regelmatige gang te krijgen en te houden zijn de krukken op 120 cirkelgraden gesmeed. Als er maar twee zaagramen zijn dient het derde raam als contragewicht, het z.g. pompraam.

De paltrok zaagt op trekkracht. Het gewicht van de zaagramen met zagen zorgt ervoor dat de zagen naar beneden worden getrokken. Als de zagen naar beneden zouden duwen dan werden de zaagramen boven van de krukken afgedrukt.

Een ringmuur van ca. 9 m. doorsnee, waarin de kruisbalken met zwaarden en daaraanvast de spruitbalken. Daarop een kruivloer waar de kruiring en ca. 50 iepenhouten rollen die op z’n plaats wordt gehouden met schaarstokken. Een koning in het centrum waarop de hele molen draait. Dan een sleutelbalk en twee kotbalken waar een overring onder zit die op de kruiring rust en draait. In de sleutelbalk zit in het midden een gat dat past over de pen van de koning. Aan het eind van de sleutel- of staartbalk zit het kruirad vast waarmee de molen op de wind kan worden gezet. De koningstijl en de koningsbalk dragen de constructie. Dan zijn er nog de kot- of hoekstijlen die onderling verbonden zijn met allerlei schoren en bintkruizen die voor de nodige stijfheid zorgen. Aan de voorkant zit nog de borstnaald met het schavot om de zeilen te kunnen bedienen. En aan weerszijde van de romp bevinden zich de luiven, een overdekte werkruimte die open is aan de achterkant.

Er was nog een afgetimmerd deel dat de achtergrond werd genoemd. Hier verbleven de oudere werknemers en hielden zich bezig met o.a. zagenslijpen en ander gereedschapsonderhoud.

Evenals de standaardmolen zet de paltrokmolen zich niet af tegen de werktuigen. Het kruiwerk kan dus licht worden uitgevoerd.

De boktjasker is het meest onderhoudsgevoelig want hij heeft een baan nodig waarover de bok kan bewegen.

Ja er zijn ook zaagmolens, korenmolens en zelfs stellingspinnekopmolens die graan maalden bekend.

De bovenzetel dient alleen om de kokerplanken bij elkaar te houden. Er rust helemaal geen gewicht op.

Dagelijkse gang, over het algemeen tamelijk koud en een matige maalwind.

🔝