Wij doen dat niet op onze molen. Het om de roe slaan van de ketting veroorzaakt slijtage, roestplekken en uiteindelijk doorroesten.
Als de molen langzaam achteruit draait is de wind gedraaid, bijvoorbeeld door een bui. Vang eerst. De vang is niet gebouwd voor achteruitdraaiende molens, maar houdt het bij langzaam teruglopen meestal wel. Krui de molen vervolgens goed op de wind.
Paltouw (kampaltouw) heeft een speciale harde kern, zodat er weinig rek in zit. Gewoon nylontouw werkt als elastiek. Gebruik dus altijd het juiste touw.
Oplossingen om teruglopen van de molen te voorkomen zijn: de roeketting, stutten, de pal, de trekvang en de kneppel.
Een groot voordeel van gebruik van een kneppel is dat je die ook kunt gebruiken bij een achteruit draaiende molen.
Als een zware storm wordt verwacht verwijder de steekborden. Verder krui je de molen op de wind vóórdat het begint te stormen (zeker bij zelfzwichting). Breng een extra roeketting aan tegen de draairichting van het wiekenkruis en leg deze om een volgende kruipaal of stellingligger, zodat de kracht verdeeld wordt over twee punten.
Een voordeel van paardenvet is dat het minder stijf is dan reuzel.
SAE = Society of Automotive Engineers. Bij smeermiddelen gaat het om de viscositeitsclassificatie. SAE 250 is een zeer dikke transmissieolie, geschikt voor trage en zwaar belaste overbrengingen.
Je smeert het rollenkruiwerk op alle vlakken die tegen de kuip(neuten) drukken bij het kruien. Dus aan de buitenzijde van de overring, de buitenzijde van de rollenwagen en de achterzijde van de rollen.
Als het halslager warm loopt kan dat liggen aan een verharde smeerkluit.
Bij het loshalen van de poortstokken dreigt het gevaar dat je het kneveltouwtje niet goed vasthoudt. Het kan razendsnel rondzwiepen en flinke klappen uitdelen.
Lekverlies is het verlies aan rendement door lekken van water tussen duigen en vijzelkom. Je voorkomt dat door de afstand tussen kom en vijzel altijd zo gering mogelijk te houden.
In de pelkuip met het pelblik zitten ook kuipstikken. Dit zijn houtjes die ertussen uit kunnen worden gehaald zodat de kuip kleiner wordt.
Een goed humeur, veiligheidswerkschoenen, beschermende kleding (overall) en je maalboekje.
De meeste Oudhollandse gevluchten hebben 3 zwichtlijnen per end, sommige kleinere gevluchten hebben maar 2 zwichtlijnen.